O

Billy Ocean
Leslie Charles brengt zijn eerste single uit in 1974 onder de naam Scorched Earth, waarna hij zijn naam in Billy Ocean verandert. Kort daarna brengt hij zijn debuutalbum “Billy Ocean” uit met daarop de eerste hitsingle “Love Really Hurts Without You”. Daarna volgen diverse albums met als noemenswaardige hitsingles “L.O.D. (Love On Delivery)” en “Nights”. Tegelijkertijd gaat Ocean schrijven voor andere artiesten, zoals bijvoorbeeld LaToya Jackson. In 1984 scoort hij een wereldwijde hit met “Caribbean Queen”, die tevens in een “African Queen” en “European Queen” versie worden uitgebracht. Dit liedje is terug te vinden op het album “Suddenly” die als hits ook nog de Prince-cover “Loverboy” en ballad “Suddenly” voortbrengt. Daarna volgt het album “Love Zone” (1986) met daarop “When The Going Gets Tough, The Tough Get Going” (tevens thema voor de film Jewel Of The Nile) en “There'll Be Sad Songs (To Make You Cry)”. In 1988 verschijnt “Tear Down These Walls” met daarop “Get Outta My Dreams, Get Into My Car”, maar daarna wordt het stil rondom de zanger.

Odyssey
Odyssey werd in 1968 opgericht als een familiegroep door de zusters Carmen, Lillian en Louise Lopez die door het leven gingen als The Lopez Sisters. Lillian en Louise blijven uiteindelijk over en samen met Tony Reynolds vormen ze dan de groep Odyssey. Een ontmoeting met Tommy Mottola (latere ontdekker en ex-man van Mariah Carey en Sony Music baas) bezorgt ze een platencontract. Het debuutalbum "Native New Yorker" (1977) levert ze de gelijknamige discohit op. Vlot daarna wordt Tony Reynolds vervangen door Billy McEachern. In 1978 brengt Odyssey het album "Hollywood Party Tonight" uit met daarop onder andere ook Luther Vandross. In 1980 volgt het album "Hang Together" met de wereldwijde hit "Use It Up, Wear It Out". Ook het album "I Got The Melody" (1981) levert wederom een echte danceclassic op in de vorm van het nummer "Going Back To My Roots" (origineel van Lamont Dozier). In 1982 verschijnt "Happy Together" met daarop "Inside Out" die het met name in Europa ook weer goed doet  Daarna worden nog diverse greatest hits en remix-albums uitgebracht, maar nieuw materiaal van de groep scoort slechts nog in zeer beperkte mate in Engeland.

Ohio Players
De groep de Ohio Players werd in 1959 opgericht als de Ohio Untouchables. Na een korte onderbreking in 1970, wordt de samenstelling van de groep aangepast en hebben ze bescheiden hitparadesucces in Amerika met het nummer "Pain" (1971). Hun eerste grote hit is "Funky Worm" (1973) en nog zeven hits volgen daarna, waaronder “Fire (1974) en "Who'd She Coo" (1976).

O'Jays
The O'Jays begonnen in 1958 als gospelgroep onder de naam The Mascots in Canton, Ohio. Hun plaatdebuut was in 1961 met het nummer "Miracles". De groep maakt indruk bij DJ Eddie O'Jay die hun plaat vaak draaide en ze advies gaf. Als tegenprestatie vernoemden ze zichzelf naar hem en zo ontstonden The O'Jays. In de jaren ’60 namen ze diverse singles op, maar het duurt tot 1967 voordat ze hun eerste R&B hit hadden met "I'll Be Sweeter Tomorrow". Een jaar later gaan ze met Kenny Gamble and Leon Huff samenwerken waarmee ze diverse hits scoren. Vanaf 1972, als ze een hit met "Back Stabbers" hebben, maken The O'Jays bijna jaarlijks gouden of platina platen en verdienen drie Grammy-nominaties voor Beste R&B Groep. Andere grote hits van de heren zijn “Love Train” (1973), "I Love Music" (1975), “For The Love Of Money”, “Livin’ For The Weekend” en "Used Ta Be My Girl" (1978). In de jaren ’80 hebben ze een beperkte clubhit met “Put Our Heads Together”. Tot ver in het nieuwe millennium blijven de heren platen maken, echter zonder hun eerdere successen te evenaren.

Alexander O'Neal
Afkomstig uit Minneapolis startte Alexander O'Neal zijn carrière bij The Time. Hij had zijn grootste successen met producers Jimmy Jam and Terry Lewis waarmee hij de albums "Alexander O'Neal" (1985), “Hearsay” (1986) en  “All True Man" (1991) opnam. Daarna volgde met aanzienlijk minder succes "Lovers Again" (1997), waarna hij naar Engeland verhuisde waar hij populairder was dan in Amerika, maar dit leverde hem geen hits meer op.

Bobby Orlando
Na een bokscarrière richtte Bobby Orlando begin jaren ’80 het platenlabel O Records op, dat zich kenmerkte door een mix van disco en europop, ook wel high-energy genoemd. Het eerste nummer dat hij schreef en produceerde was het door Roni Griffith gezongen nummer "Desire" (1980) dat vooral succes opleverde in Europa. Grote hits die gedurende de jaren ’80 door Orlando geproduceerd werden waren onder andere “West End Girls” (1984) van de Engelse Pet Shop Boys, "Passion" van The Flirts, "Best Part Of Breaking Up" van Roni Griffith en "Native Love" en “Shoot Your Shot” van Divine. Daarnaast scoorde Orlando onder de naam Bobby O ook een aantal behoorlijke eigen hits, zoals “I’m So Hot For You” en “She Has A Way” (beiden 1982). Het motto van Bobby Orlando was dat hij liever veel platen uitbracht waarvan er aardig wat verkocht werden dan maar een paar die heel goed verkochten, waardoor er nogal wat platen werden uitgebracht die gericht waren op het undergroundcircuit. In de 7 jaar die O Records bestond werden er uiteindelijk in totaal toch nog 17 gouden en 5 platina hits uitgebracht in Amerika en Europa.

Jeffrey Osborne
Zie L.T.D. & Jeffrey Osborne.

OutKast
OutKast is een Amerikaans hip hop duo uit Atlanta, Georgia bestaande uit André "André 3000" Benjamin en Antwan "Big Boi" Patton.De groep won 6 Grammy Awards en verkocht meer dan 25 miljoen albums en debuteerden in 1992 op een remix TLC's "What About Your Friends". In 1994 brengen ze hun eerste single uit met de tiel "Player's Ball" die het goed doet in de Rap hitlijst en datzelfde jaar verschijnt ook hun debutalbum “Southernplayalisticadillacmuzik”. Hun 3e plaat “Aquemini” komt in 1998 uit en bereikt de 2e plaats in de Amerikaanse album hitlijst. In 2000 verschijnt dan de single "Ms. Jackson" die de groep hun internationale doorbraak bezorgt. Het nummer gaat over André’s scheiding van zangeres Erykah Badu; "Ms. Jackson" is de naam voor Badu’s moeder en rond dezelfde tijd verandert hij zijn naam in André 3000. Ook het bijbehorende album “Stankonia” (2000) wordt een internationale hit. Na een verzamelalbum in 2001 brengen de heren in 2003 het dubbelalbum “Speakerboxxx/The Love Below” uit, welke eigenlijk twee solo-albums van de beide heren betreft. De plaat doet goed en er worden meer dan 5 mijoen exemplaren van verkocht. Met name ook het nummer "Hey Ya!" van het album wordt een grote hit. In 2004 volgt de singe "Roses", maar die doet het minder goed. Hierna gaan de beide heren vooral aan het werk voor andere artiesten en wekren mee aan diverse filmprojecten.